Dersken Hijink

Dersken married Gerrit Willem te Dunnewik 19 Oct 1777, Winterswijk. Gerrit (son of Tobias te Dunnewik and Teunisken te Kolenbarg) was christened 23 Feb 1746, Winterswijk; was buried 15 Nov 1803, Winterswijk. [Group Sheet]

1. Tobias te Dunnewik was christened 03 Mar 1790, Winterswijk.

Dersken married Theunis Geesink 10 Nov 1805, Winterswijk. Theunis (son of Berend Geessink and Willemken te Kolenbarg) was christened 31 Aug 1749, Winterswijk; died 20 Dec 1818, Winterswijk. [Group Sheet]

Hendrik — Stijne Roskamp. Stijne (daughter of Beerentt Roskamp and Geesken Bessink) was christened 23 Oct 1712, Winterswijk. [Group Sheet]

Derk — Berendeken Rennerdijnck. Berendeken (daughter of Berent Reessink and Elsken Rennerdink) was christened 1686, Winterswijk; was buried 11 Apr 1753, Winterswijk. [Group Sheet]

Beerentt — Geesken Bessink. Geesken (daughter of Jan Bessink) was christened 1683, Winterswijk. [Group Sheet]

Hendrik — Berendje Kortschot. Berendje (daughter of Dijrick te Kortschot and Elske Rennerdink) was christened 12 Apr 1657, Winterswijk. [Group Sheet]

Berent — Elsken Rennerdink. Elsken (daughter of Berent Rennerdink and Berentje te Cortschotten) was born Abt 1644. [Group Sheet]

Notes:

25 oktober 1666:
Verkoop door Wilh. Schutte, MArgareta Abbinck ehell., an Berent Resinck, Elsken ehell., van verkooperen gerechte vijfde part van Schulte Huppels goet, soo sij tegenwoordich in 't gebruijck hebben, met alle daer toe olde ende nieuwe gehoorende gerechte.
Bron: Luiting, RAG RABvt inv.nr. 425a, fol. 78r

19 december 1670:
Geert Heeminck en huysfr. bekennen in pandtschap gedaen te hebben an Berent Rennerdinck en huysfr. een stuk lants, Poelhuis Bree gnt, in den Huppeler Esch gelegen, schietende met een einde an Hijnckkamp, met den andren an Boeinck lant, om 't selve met stroo vrij en sonder eenig beswaer afte trecken.
N.B. Op fol. 42r dezelfde inschrijving, waarin 'Berent Rennerdinck' is doorgehaald en vervangen door 'Jan ten Bengevoort'. Overigens staat in de kant van deze inschrijving een aantekening d.d. 16-5-1767 volgens welke berent Rennerdinck, voor sijn huijsfr. de rato caverende bekende van dese somma voldaen en betaelt te sijn.
Bron: Luiting, RAG RABvt inv.nr. 472, fol. 79r.

17 Sept:1693 artikel 1:
Heeft Jan Albesloe bekent gemaeckt, dat Berent Rennerdinck in Huppelt den armen gegeven 6 ymen en aen gelt 1 gl:5. de ymen vercocht voor 30 guld: Waervan 25:guld: sullen blyven op interesse staen, tot de aflose, het resteerende sullen de Diaconen uytdeylen.
Bron: Das aantekeningen volontaire protocollen Bredevoort, Das aantekeningen kerkenraadsnotulen Hervormde gemeente Winterswijk

1 juli 1680:
Dr. Hengel volmr. van Geerdt ten Poelhuijs contra Abraham Peters, overgeeft seeckere coopcedule ende quitantie van betaelinge gedateert den 17-1-1678, waerbij gemelte Abraham Peters verkoft ende overgegeven heeft 2 schepel gesaeij busch grondt in den busch van Schulte van Huppel geleegen. Vermiste nu comparants principael daervan door eenen Berent Rennerdink ende Jan ten Hagen als pandthouderen wordt uijtgehoort en de verkoper dus niet naar rechte heeft gepresteerd, soo eist comparant dat die gedaeghde het verkoffte aen den impetrant vrij ende onbekommert sal hebben te leeveren.
Bron: Luiting, RABvt inv.nr. 141, fol. 147v

17 februari 1681:
Verkoop door Lijsabeth ten Cortschot, wed. van zal. Abraham Peters, geassisteert met Jan ten Bengevoort als haeren hiertoe erkorenen mombaer, ende de rato caveerende voor desselfsstieff ende rechte soon, met naemen Abraham ende Antonie Peters, aen Berent Rennerdinck en Elsken sijn huijsvrouw, ende Jan Schulten genaemt te Hagen, van haer eijgen doemlick stucke landes die Penninckbre genaemt, geleegen in de bourschap Meddehoe, met de eene zijde langes Simmels Penninckbre, met d'andere sijdt langes het Kip?, met d'eene eijnde aen de Varckens weijde ende met den anderen aen Pulhuijs landt schietende, soo ende als het voor desen van Schulte Huppels goedt is affgedeelt, ende geen meerder plaggenvree als in 't Velt daertoe hoorende.
Bron: Luiting, RABvt inv.nr. 426, fol. 125v en 126r

Teunis — Stijnken Leverdynck. Stijnken (daughter of Berent Leverdijnck and Altje Schulten) was christened 12 Nov 1651, Winterswijk. [Group Sheet]

Notes:

Teunis en Stijnken woonden op boerderij Roskamp in Meddo. Bij de verponding van 1688 bracht dit f6-12-6 op.

13 september 1700:
Geert Roscamp, geassisteert met Geert te Poelhuijs en Lammert Gijssinck als desselfs nabuijren en dages vrienden (welke laatsten verklaarden dat Geert Roscamp te mets eenige overvallen heeft gehadt, eghter all nu volkomen gesondes verstants is), en seght dan hij Geert Roscamp met sijn broer Tonnis Roscamp geconvenieert heeft soodaenigh, dat hij Tonnis Roscamp den comparant Geert sijn leven lanck sal onderhouden en nae sijnen doot eerlick ende nabuijrlijck sal laeten begraven, waertegens dan hij Tonnis Roscamp eeuwigh en erflick sal hebben en behouden alle de goederen soo comparant tegenwoordigh besit off ten tijde sijner aflievigheit voorhanden wesen moogen 't sij gerede of ongerede, aengeerfde off onaengewonnen goederen, dogh specialick mede sijns comparants eigendoemelick toebehoorende parceel landes aen het Huysken op Hobinck soo alnu Jan ten Hulsen bewoont en bouwt, in Meddehoe gelegen, te weten des comparants gerechte darde part daervan als oock sijns comparants filiale quota of afgoedinge van de Roscamps steede.
Bron: Luiting, RAG, RABvt inv.nr. 434

Tonnis Roskamp belooft zijn broer Geert te zullen onderhouden. Diens eigendommen komen aan Tonnis, o.a. een stukje land aan het Huijsken op Hoebink, nu in gebruik bij Jan ten Hulsen. Roskamp komt geheel aan Tonnis. Als getuigen treden op Lambert Geessink en Geert Poelhuis.

Bron: Das LIb. Gifte Meddo rot 7, nr. 2, aantekeningen volontaire protocollen Bredevoort.